Collega Joost in de kijker: “Vluchtelingenwerk Vlaanderen is het tegenovergestelde van een praatbarak”

Hoe ben je bij Vluchtelingenwerk Vlaanderen terechtgekomen?
“Ik was hiervoor een advocaat vreemdelingenrecht. Ik werkte vaak met mensen die in gesloten centra zaten en die bedreigd waren het land uitgezet te worden. Het was in volle Soedan-crisis wanneer ik vaak in contact kwam met het toenmalige beleidsteam van Vluchtelingenwerk Vlaanderen. Ik zag in een aantal dossiers die ik behandelde dat er zaken echt heel verkeerd aan het lopen waren. Vluchtelingenwerk Vlaanderen kon toen ook input van mij gebruiken om ervoor te zorgen dat er een onderzoekscommissie kwam en dat er echt iets veranderde. Een aantal maanden later kwam er de mogelijkheid om te werken voor een project rond detentie. Zo ben ik er eigenlijk ingerold. Een dik jaar later kwam er een vacature vrij voor coördinator Beleid en Ondersteuning en ik vond dat een kans die ik niet kon laten schieten.”
“Het is heel fijn dat ik nu de kans krijg om de lijnen uit te zetten en een brede visie kan helpen uittekenen over hoe het asiel- en migratiebeleid eruit zou moeten zien”
“Het is heel fijn dat ik nu de kans krijg om de lijnen uit te zetten en een brede visie kan helpen uittekenen over hoe het asiel- en migratiebeleid eruit zou moeten zien. En op die manier echt wel een verschil te maken. Ik heb al gezien bij het laatste regeerakkoord dat er een aantal punten toch hebben kunnen wegen.”
Over welke punten heb je het dan?
“Vanuit de detentiehoek hebben we ervoor gezorgd dat er meer ingezet wordt op een deel toekomstoriëntatie. Mensen die bijvoorbeeld vastgehouden worden kunnen een beroep indienen, maar dat was eigenlijk puur een formalistische toets. In het regeerakkoord staat nu dat er heel grondig onderzocht gaat moeten worden of het wel proportioneel is. De vraag wordt gesteld of ze op een andere manier aan de slag kunnen gaan met een persoon in plaats van hem of haar in detentie te plaatsen. Dat is nu nog niet zichtbaar, maar ik denk dat dat op termijn er wel naartoe zou moeten leiden dat er veel minder mensen in detentie terecht komen.”
“Het verbod van opsluiting van kinderen hebben ze ook meegenomen in het regeerakkoord. Dat vond ik ook heel belangrijk. Ik heb verder het gevoel dat er een opening is om gezinshereniging-procedures een pak toegankelijker te maken. Er gaat daarnaast meer worden ingezet op lokale opvang in plaats van collectieve opvang. Mensen zitten nu soms jarenlang in een heel grote opvangstructuur. Dus er zijn een aantal zaadjes geplant, waar we nu nog op verder aan het bouwen zijn.”
“Het is niet omdat wij Vluchtelingenwerk Vlaanderen zijn, dat wij automatisch een luisterend oor hebben”
“Maar een van de belangrijkste zaken die we hebben kunnen verwezenlijken is het heropenen van het Klein Kasteeltje. In samenwerking met Startpunt hebben we ervoor gezorgd dat het geproblematiseerd werd dat mensen geen toegang meer kregen tot een asielprocedure. Ik vond dat een mooi voorbeeld van hoe in een ideale wereld een team samenwerkt. Er zijn actoren, zoals Startpunt, die op het terrein zaken opnemen. Zij ontmoeten mensen en zetten die verhalen op papier zodat wij die vervolgens kunnen meenemen. Als je aan tafel zit met iemand die merkt ‘die mensen weten beter waarover het gaat dan wij’, dan luisteren ze naar jou. Het is niet omdat wij Vluchtelingenwerk Vlaanderen zijn, dat wij automatisch een luisterend oor hebben. Integendeel: het moet echt wel komen van de inhoud en de waarde die op tafel wordt gelegd.”
“Bij Vluchtelingenwerk Vlaanderen bouwen we aan partnerschappen om tot een resultaat te komen”
Wat is iets dat je hebt geleerd tijdens jouw job bij Vluchtelingenwerk Vlaanderen?
“Als advocaat behandel je individueel dossiers en daar ga je tot het gaatje. Vluchtelingenwerk Vlaanderen is een netwerkorganisatie. Hier bouwen we aan partnerschappen om tot een resultaat te komen. Dat is wel een groeiproces geweest. Maar ik denk dat ik vandaag wel iemand ben die dat kan. Samenwerking smeden, ervoor zorgen dat iedereen ook beseft dat het waard was om het vanuit een samenwerking te doen. Dat is totaal anders dan hoe ik het vroeger deed. Maar ik merk dat dat heel belangrijk is en waar we ook echt wel in gegroeid zijn.”
Wat vind je het tofste aan jouw job?
Vluchtelingenwerk Vlaanderen is vandaag een heel onafhankelijke stem. En ik vind het geweldig om te kunnen wegen op het beleid vanuit een heel onafhankelijke positie. Dat is ook dankzij fondsenwerving dat wij een grote financiële onafhankelijkheid hebben. Dat stelt ons in staat om die rol te spelen waarbij we verschillende belangen en partners samenbrengen. Het stelt ons ook in staat om puur te vertrekken van wat wij denken dat een goede oplossing is en daar echt voor te gaan. Dat vind ik heel fijn. We zijn ook het tegenovergestelde van een praatbarak: er zit echt wel een sfeer van ‘we willen dingen aanpakken en we willen zaken doen vooruitgaan.’”