Hartverscheurend zoveel mensen zien wachten op hulp

Jules Bordet - Vluchtelingenwerk Vlaanderen

Maandag was het aan het Klein Kasteeltje het drukste dat ik ooit zag. Ik verwachtte een paar families uit Oekraïne, maar ik was er niet op voorbereid er zo snel zoveel te zien. Binnen 10 minuten had ik geen Russische informatiefolders meer en moest onze nieuwe stagiaire terug naar ons kantoor rennen om er meer te halen. Het was hartverscheurend om zoveel mensen te zien wachten op hulp. Maar mijn eerste zorg was niet de families, maar eerder de alleenstaande mannen. Er waren meer gezinnen aanwezig dan tijdens de crisis, wat betekende dat de geschiedenis zich zeker zou herhalen.

Onze vrees binnen werd een paar minuten bevestigd. Geen enkele man zou binnen kunnen en asiel aanvragen omdat het opvangsysteem al op maximumcapaciteit draaide. Je verwacht dat de overheid na de laatste crisis een noodplan zou hebben, maar het lijkt erop dat ze alles wil doen om uitbreiding van het huidige opvangsysteem te voorkomen.

Het gebrek aan opvangplaatsen heeft zowel directe als indirecte gevolgen voor asielzoekers. Ten eerste merkte ik voor het eerst een gevoel van onbehagen tussen verschillende groepen asielzoekers. Dit kwam vooral door de ongelijke behandeling van Oekraïense aanvragers.

Op maandag en dinsdag waren de meeste gezinnen die toegang kregen tot de opvangcentra Oekraïens, terwijl de meeste alleenstaande mannen die werden geweigerd op de vlucht waren voor andere conflicten. Daardoor kregen veel mannen het gevoel dat ze worden gediscrimineerd op basis van hun nationaliteit. Ze vroegen  zich af of ze wel echt welkom zijn in België.

Dat velen meerdere nachten op straat moeten doorbrengen en geen onderdak krijgen, wakkert het vuur alleen maar verder aan. Deze mannen hebben geen idee wanneer ze kunnen ontsnappen aan de gevaren met op straat te slapen. Hoewel wij van het Startpunt-team gemakkelijk begrijpen waarom de situatie zo werd georganiseerd, is het vrij moeilijk om de logica achter de tijdelijke richtlijn voor Oekraïense onderdanen uit te leggen. Waarom worden gezinnen automatisch als kwetsbaarder beschouwd dan alleenstaande mannen?

Dit is vooral het geval wanneer de persoon zijn meerdere medische problemen worden betwist. Deze zijn allemaal het gevolg van het buiten in de kou moeten overleven. Wat nog moeilijker uit te leggen is, is dat deze mannen hun ziekte niet voldoende is voor ambtenaren om hen als kwetsbaar te beschouwen. Tegelijkertijd worden ze op straat met andere gevaren geconfronteerd.

"Het gebrek aan opvangplaatsen heeft zowel directe als indirecte gevolgen voor asielzoekers"

Als Startpunt-team richten we vooral op het recht op huisvesting en hoe koud het is op straat, in plaats van op geweld en misdaad. Aanranding en diefstal blijven grote problemen. Veel mensen worden ook gedwongen hun vertrouwen te stellen in vreemden, wat niet altijd in hun voordeel werkt. Onlangs hoorden we bijvoorbeeld een zeer tragisch verhaal over een Palestijnse man die werd vermoord door de man naast wie hij op straat lag te slapen. Hoewel ik de precieze omstandigheden van de moord niet ken, denk ik dat deze man nog zou leven mocht hij opvang hebben gekregen.

Het tweede grote probleem is dat ze geen steun of informatie verstrekken aan burgers van derde landen die vóór de oorlog in Oekraïne woonden. Zoals de meeste landen heeft Oekraïne een aanzienlijke buitenlandse bevolking die bestaat uit studenten, werknemers voor korte en lange tijd, personen die internationale bescherming genieten en hun familieleden.

De Europese Raad stemde positief begin maart voor de toepassing van de richtlijn tijdelijke bescherming. Deze richtlijn zal Oekraïense onderdanen in staat stellen automatisch aanspraak te maken op bescherming gedurende één jaar, waarna hun beschermingsstatus zo nodig met nog eens twee jaar kan worden verlengd. Oorspronkelijk was het de bedoeling bescherming te bieden aan onderdanen, personen met internationale bescherming en langdurig inwoners in Oekraïne. De Raad besloot uiteindelijk het aan de afzonderlijke lidstaten over te laten om te beslissen of zij deze derde categorie al dan niet in de richtlijn willen opnemen.

België besloot uiteraard niet uit te breiden, waardoor veel mensen die al enkele jaren in Oekraïne wonen slechts twee keuzes hebben: terugkeren naar hun land van herkomst of asiel aanvragen. Het probleem is dat de meeste van deze mensen alleenstaande mannen zijn en daardoor niet eens Klein Kasteeltje kunnen binnengaan om asiel aan te vragen. Daardoor worden zij net als mannen op de vlucht van andere conflicten in de wereld voor onbepaalde tijd op straat achtergelaten. Bovendien zijn veel van hen studenten en economische migranten waardoor zij het moeilijk hebben om internationale bescherming te krijgen.

"Ze zullen voor onbepaalde tijd op straat worden achtergelaten"

Ik ontmoette een student die geneeskunde studeerde in Oekraïne. Hij vertelde me dat hij al vijf jaar had volbracht en dat hij niet naar Congo wilde terugkeren zolang hij geen arts was. Hij legde uit dat hij Congo had verlaten om meer te leren over moderne technieken en zo zijn plaatselijke gemeenschap te ondersteunen. Hij heeft al veel geleerd in Oekraïne maar zonder zijn diploma kan hij zijn beroep niet uitoefenen in Congo of elders in de wereld. Bovendien zal hij zijn laatste jaar in Congo niet kunnen afmaken zonder zijn eerste vijf jaar over te doen. Hij hoopte dat hij zijn studies hier zou kunnen voltooien, aangezien de Oekraïense universiteiten een studiepuntensysteem hanteren dat vergelijkbaar is met dat in de EU.

Het andere probleem is dat veel onderdanen van derde landen zelfs moeite hebben om de EU binnen te komen. Nieuwszenders en hulpverleners melden gevallen van systematische discriminatie langs de Poolse grens, waarbij veel onderdanen van derde landen die Oekraïne ontvluchten, in transitzones worden geduwd waar zij gedwongen zijn dagenlang te wachten op een beslissing. Vorige week verklaarde de directeur van IOM hierover verontrust te zijn. Hij voegde er ook aan toe dat naburige landen ervoor moeten zorgen dat al degenen die Oekraïne ontvluchten ongehinderd toegang krijgen tot het grondgebied. En dit ongeacht hun status en in overeenstemming met het internationaal humanitair recht.

Alle mensen op de vlucht moeten op niet-discriminerende wijze bescherming en onmiddellijke bijstand krijgen gedurende hun hele reis naar een veilige plaats. Wat de situatie nog erger maakt, is dat het conflict in Oekraïne zijn weerslag zal hebben op vele ontwikkelingslanden. Oekraïne beschikt over uiterst vruchtbare grond, waardoor het land zich heeft kunnen ontwikkelen tot een van 's werelds belangrijkste exporteurs van granen zoals tarwe en gerst. In 2020 werd alleen al meer dan 18 miljoen ton tarwe uit Oekraïne geëxporteerd naar landen over de hele wereld, waaronder de EU, China, Indonesië, Jemen, Bangladesh, Sudan, Libanon en Libië.

"Dit is iets waar België rekening mee moet houden voordat het weer eens te laat is!"

Het zorgwekkende probleem is dat veel landen die met voedseltekorten kampen , grote percentages van hun graan uit Oekraïne invoeren. De helft van de tarwe die in 2020 in Libanon werd geconsumeerd, komt bijvoorbeeld uit Oekraïne. Dit cijfer moeten we niet te licht opvatten, aangezien 35 procent van het voedsel van de bevolking afkomstig is van tarweproducten. Jemen en Libië importeerden in hetzelfde jaar respectievelijk 22 en 43 procent tarwe, terwijl 21 procent van de tarwe in Bangladesh uit Oekraïne komt. Als Oekraïens graan van de markt wordt gehaald, zullen de prijzen van basisgranen waarschijnlijk dramatisch stijgen. Dat betekent een extra belasting voor enkele van de armste landen ter wereld, waar de eigen landbouwproductiviteit door jaren van droogte en conflicten aanzienlijk is gedaald. Dit is slecht nieuws wanneer verschillende landen reeds te kampen hebben met toegenomen ondervoeding.

Aangezien door klimaatverandering droogte blijft verergeren, zullen meer mensen migreren omdat ze de stijgende graanprijzen niet kunnen betalen. Toch is het onwaarschijnlijk dat zij een warm onthaal zullen krijgen in de EU, vooral omdat zogenaamde 'klimaatvluchtelingen' door hongersnood en droogte, niet passen binnen het enge kader dat is vastgesteld in de Conventie van Genève. Dit is iets waar de EU-lidstaten, waaronder België, rekening mee moeten houden voordat het opnieuw te laat is!

Bronnen